Voorziening Voorziening riolering |
---|
Doel: | Het vastgestelde beleid achter deze voorziening is, dat de besteding geoormerkt is voor de functie riolering. Op basis van het gehanteerde beginsel van een 100% kostendekkende heffing voor het afvoeren van afvalwater, afstromend hemelwater en grondwater, moeten de vrijvallende middelen via deze voorziening terugvloeien naar de burger in de vorm van een lagere c.q. minder snel stijgende rioolheffing. |
---|
Voorziening | Doel | Besluit | Begroting 2023 | Rekening 2023 | Bestedingen na 2023 |
---|---|---|---|---|---|
Stand per 1 januari 2023 | 3.647.217 | 3.647.217 | |||
Toevoegingen | |||||
Lagere kapitaallasten | 7.3.2 | Berap 2023-1 | 182.138 | 182.138 | |
Reservering overlopende posten 2023 | 7.3.2 | Rekening 2023 | 592.908 | ||
Totaal toevoegingen | 182.138 | 775.046 | 0 | ||
Onttrekkingen - bestedingsrechten | |||||
Overlopende posten 2022 | 7.3.2 | Berap 2023-2 | 901.081 | 771.175 | |
Kwijtschelding | 7.3.2 | RB 28-11-22 | 42 | 42 | |
Bijstelling opbrengsten en gepland groot onderhoud, | 7.3.2 | Berap 2023-2 | -36.897 | -36.897 | |
en doorwerking Berap 2023-1 | |||||
Hogere bijdrage GBLT | 7.3.2 | Berap 2023-2 | 11.000 | 11.000 | |
Subtotaal onttrekkingen - bestedingsrechten | 875.226 | 745.320 | |||
Onttrekkingen - bestedingsvoornemens | |||||
Begroot saldo baten en lasten | 7.3.2 | Begroting | 1.069.424 | 754.878 | |
Subtotaal onttrekkingen - bestedingsvoornemens | 1.069.424 | 754.878 | |||
Totaal onttrekkingen | 1.944.650 | 1.500.198 | 0 | ||
Stand per 31 december 2023 | 1.884.705 | 2.922.065 | 0 |
Toelichting:
Conform begroting is een toevoeging gedaan voor lagere kapitaallasten. Een aantal werkzaamheden worden in 2024 afgerond; het bedrag voor deze overlopende posten blijft via de voorziening beschikbaar.
Er is een lager bedrag onttrokken dan begroot voor de overlopende posten uit 2022 in afwachting van de afronding. De overige onttrekkingen zijn conform begroting gedaan.
Het exploitatiesaldo van doel 7.3.2 is onttrokken aan de voorziening. De onttrekking is lager dan het geraamde bedrag. Dit is voornamelijk veroorzaakt door lagere kapitaallasten en lagere kosten als gevolg van knelpunten in capaciteit en leveranties en terughoudendheid in verband met invloedrijke onzekerheden in stadsuitbreidingen, energieprijzen n renteontwikkeling.