Sociaal domein

We bieden (tijdelijk) onderdak en begeleiding voor personen die feitelijk of residentieel dakloos zijn geraakt

Doel 3.3.1 Maatschappelijke opvang - Begroting 2023

In 2023 hebben we (tijdelijk) onderdak en begeleiding geboden aan inwoners uit de regio IJssel-Vecht die feitelijk of residentieel dakloos zijn geraakt. De ambitie om minder mensen gebruik te laten maken van de maatschappelijke opvang en de lengte van ondersteuning af te laten nemen is verder uitgewerkt in de nadere visie maatschappelijke ondersteuning. Deze is door de afzonderlijke colleges van de regiogemeenten vastgesteld in 2023. 

De geplande activiteiten zijn gerealiseerd. De Centrale Toegang heeft naar behoren gezorgd voor toegang tot maatschappelijke opvangvoorziening. De maatschappelijke opvang is uitgevoerd door Creating Balance, het RIBW, het Leger de Heils en LIMOR. De maatschappelijke activering verzorgt Zwolle actief. In 2023 is de druk op de maatschappelijke opvang toegenomen, enerzijds door stijgende vraag en anderzijds door beperkte uitstroom. Aan de hand van de vastgestelde ‘nadere uitwerking: visie maatschappelijke ondersteuning’ is een start gemaakt met het opstellen van een uitvoeringsplan MO. Hierin staan concrete activiteiten die bijdragen aan de visie en de decentralisatiebeweging. Deze wordt in 2024 vastgesteld. Hiervoor is onder andere de preventiescanner uitgevoerd. Deze geeft lokale aanbevelingen voor het versterken van het preventie veld rondom dakloosheid. Het convenant regionale samenwerking beschermd wonen – maatschappelijke opvang regio IJssel-Vecht is opnieuw verlengd. Ook zijn er voorbereidingen getroffen voor het opstellen van een centrumregeling. Deze moet ingaan per 2025. In het kader van het convenant vindt periodiek bestuurlijke en ambtelijke afstemming plaats.

De lasten laten een voordelig saldo zien van € 4.155.872. De baten zijn € 284.821 lager. Omdat er € 446.386 meer wordt toegevoegd en € 3.040.817 minder wordt onttrokken aan de reserve wordt er per saldo een voordeel van € 383.848 gerealiseerd.

Het voordeel op de lasten wordt gerealiseerd door:

• Lagere lasten coronabudget van € 2.074.236. Vanuit het Rijk zijn regionale coronamiddelen beschikbaar gesteld om aanbieders maatschappelijke opvang te kunnen compenseren en de noodzakelijke verbouwing van de Herberg te realiseren. Eind 2023 zijn niet alle middelen besteed en deze middelen worden niet teruggevorderd door het Rijk. Tegenover dit voordeel staat een lagere onttrekking uit de reserve nutvw-sociaal van eveneens € 2.074.236. Deze middelen worden in 2024 en 2025 aangewend voor Team VIA, mensenhandel en het geprognosticeerde begrotingstekort van de Herberg.
• Lagere lasten niet bestede middelen DU Dak- en thuisloosheid van € 1.096.994. Het gaat hierom in 2022 ontvangen regionale Rijksmidellen. In 2022 kon er nog geen uitvoering worden gegeven aan deze middelen en zijn daarom gestort in de reserve NUTVW-sociaal. In 2023 bleek dat deze middelen structureel woden toegevoegd aan het regionale Rijksbudget Maatschappelijke Opvang. De middelen 2022 worden nu aangewend in 2024 voor de uitvoering van de transformatiecapaciteit (besluit Regionaal Bestuurlijk Overleg Maatschappelijke Opvang).
• Lagere lasten Winteropvang van € 446.386. Vanuit het regionale budget Maatschappelijke Opvang is € 500.000 beschikbaar gesteld voor de Winteropvang van daklozen in de Herberg. Eind 2023 was hiervan € 53.614 besteed. Het restant is in de reserve gestort voor de Winteropvang in de maanden januari t/m maart 2024.
• Lagere lasten regionaal budget Maatschappelijke Opvang van € 235.000. Mede vanwege de in 2023 van het Rijk ontvangen regionale middelen DU Dak- en thuisloosheid 2023 resteert er een voordeel op het regionale budget Maatschappelijke Opvang. Dit voordeel wordt met de regio afgerekend. Voor Zwolle resteert er een voordeel van € 235.000.
• Lagere lasten regionaal budget Maatschappelijke Opvang regio IIJsselvecht en Veluwe € 305.000. Centrumgemeente Zwolle ontvangt vanuit het Rijk de DU -Dak en thuisloosheid voor de regio's IJsselvecht en Veluwe. De ontvangen middelen voor de Veluwe worden 1 op 1 met de gemeente Harderwijk afgerekend. In de primitieve begroting 2023 zijn er per abuis teveel middelen voor beide regio's opgenomen. Er is uitgegaan van een te hoge indexatie. Hierdoor zijn de werkelijke uitgaven lager en ontstaat er een voordeel t.o.v. de Zwolse begroting. Dit voordeel valt vrij t.g.v. de Algemene middelen. In de begroting 2024 is dit herstelt.
• Hogere lasten opvang ongedocumenteerden van € 96.554. Door het Leger des Heils worden personen opgevangen waarvan woonplaats en herkomst niet bekend is (ongedocumenteerden). Bij de decembercirculaire 2023 zijn hiervoor op programma 10 de middelen "Bed, bad en brood" ad. € 77.000 ontvangen en in de begroting 2023 is op dit doel een bedrag van € 50.000 door de Raad beschikbaar gesteld. De werkelijk gedeclareerde kosten door het Leger des Heils bedragen € 146.554. Per saldo zijn de lasten € 19.554 hoger dan begroot (totaal budget € 127.000 vs. totale besteding € 146.554). Doordat van het budget € 77.000 als dekking op programma 10 staat is de afwijking op dit doel € 96.554.

De lagere baten wordt gerealiseerd door:

• De centrumgemeente Zwolle ontvangt de regionale decentralisatie uitkering Maatschappelijke Opvang (DUMO). Hiervan worden de aanbieders Maatschappelijke Opvang betaald. Deze aanbieders worden jaarlijks geïndexeerd maar de DUMO wordt niet geindexeerd. Gemeenten worden via het Gemeentefonds individueel geïndexeerd en maken dit bedrag over aan de gemeente Zwolle. In de begroting is per abuis ook het Zwolse aandeel in de indexatie opgenomen. Dekking komt echter uit de algemene middelen en is direct op het lastenbudget verwerkt.

De hogere reservestorting wordt veroorzaakt door:

• De niet bestede middelen Winteropvang van € 446.386 zijn gestort in de reserve NUTVW-sociaal.

De lagere reserveontrekking wordt veroorzaakt door:

• Niet onttrokken middelen coronagelden van € 2.074.236. Zie bij de lasten de toelichting op de lagere onttrekking.
• Niet onttrokken middelen DU Dak- en thuisloosheid van € 1.096.994. Zie bij de lasten de toelichting op de lagere onttrekking.